Meneer heeft vier kinderen, verdeeld in de regio maar ook een zoon in Zwitserland. Ook andere naaste familie komt veel op bezoek en geeft meneer lekkere gerechtjes. Het overzicht op het eten raakt hierdoor verstoord en door de medicijnen die meneer krijgt is zijn eetlust niet te temmen.
We gaan in gesprek met de familie en besluiten een gezamenlijk overzicht te maken zodat de familie ook noteert wat meneer heeft gegeten om dubbelop te voorkomen.
Na twee weken wordt het slikken moeizamer en gaan we over op dik vloeibaar. Er komen potten met gepureerde rijstepap en andere warme gerechten. Even voor alle duidelijkheid meneer komt van origine uit China en is gewend aan een warm ontbijt in plaats van de bekende boterham als ontbijt.
Als ik in gesprek raak met één van zijn zonen hebben we het over de gesloten ogen van zijn vader. Zijn zoon geeft aan dat zijn vader ook regelmatig ligt te mediteren en of wij de cd’s die op de kamer liggen willen draaien. Deze muziek is ook een soort van meditatie voor meneer. Met de gesloten ogen ligt meneer in zijn eigen wereld, prima natuurlijk meneer trekt zich langzaam terug.
Kort daarna kan meneer niet meer kauwen en nauwelijks slikken. Er volgt een familieberaad, de huisarts samen met de kinderen, via facetime is de zoon uit Zwitserland ook aanwezig. De kinderen besluiten met alles te stoppen, een dappere beslissing die wordt ondersteund door de huisarts. Versterven is hiervoor de term. Dit was op een vrijdag.
Meneer was redelijk rustig, maandag begon zijn ademhaling te veranderen, dinsdag kon hij moeilijk het slijm ophoesten en mocht hij morfine. De kinderen zijn er om en om te waken, zijn dochter geeft aan dat ze niet weet hoe ze hiermee om moet gaan. Ik vertel haar dat ze vooral nog met haar vader mag praten, gewoon vertellen dat hij het leven mag loslaten, dat hij mag gaan. Ik geef haar een knuffel en vertel haar dat ik respect heb hoe zij hier mee omgaat, het praten over de dood is niet gewoon en zeker niet bespreekbaar in hun cultuur. Woensdagmorgen kreeg ik een appje van een verpleegkundige, meneer uit de groene kamer is naar het hiernamaals vertrokken. Als ik de kamer inloop zit er zoon die ik eerder heb gesproken, er is nog geen arts geweest om te schouwen. Ik vraag of hij aanwezig was op het moment van sterven, ‘ik was erbij en heb de laatste adem horen uitblazen’. Na het schouwen vraag ik hem de kaars voor zijn vader te laten branden.
In de loop van de dag komt de uitvaartonderneming om meneer samen met de kinderen de laatste zorg te verlenen, meneer ligt vredig in zijn bed. Niemand had haast, het was een serene rust in de kamer. Wat opvallend was is dat meneer in de uren na zijn overlijden met een glimlach op zijn gezicht bed lag. Ik geeft dit aan bij de aanwezige kinderen en zij hadden dit ook al gezien.
Aan het einde van de middag is de uitgeleide en rond ik het af met de volgende woorden:
Papa’s sterven niet, ze glijden hooguit naar de overkant.
Ze leven verder in wie blijft
In woorden en gedachten,
In verhalen, gevoel en tederheid.
Papa’s sterven niet, ze blijven in de buurt.
Je ziet hen in de spiegel, in een stukje van jezelf.
Je voelt hen in de pracht die leven heet.
Papa’s sterven niet, ze worden bewaarders van de tijd.
(schrijver mij onbekend)
Ik kijk om me heen en zag naast tranen ook op de gezichten van de kinderen een glimlach.
@ Marieke